Meteen naar de inhoud

Dierenstapelen, officieel ‘Stapelgek op Dieren’, is een effectieve training die kinderen helpt om hun dichotische luistervaardigheden te ontwikkelen. Dichotisch luisteren is het vermogen om verschillende geluiden die tegelijkertijd via beide oren binnenkomen goed te onderscheiden. Dit proces vraagt om sterke verbindingen tussen de hersenhelften via de auditieve delen van de hersenbalk en speelt een cruciale rol in het dagelijks leven en de klas.

Hoe werkt de training?
De Dierenstapelen-training begint eenvoudig en past zich aan in moeilijkheidsgraad. In de eerste stappen worden dierengeluiden afzonderlijk via elk oor aangeboden. Het kind leert deze geluiden te herkennen en te onderscheiden, wat de aandacht en het auditief onderscheidingsvermogen versterkt. Naarmate de training vordert, worden de dierengeluiden vervangen door of gecombineerd met gesproken taal. Hierdoor wordt de training uitdagender en wordt ook de verwerkingssnelheid aangesproken, doordat de geluiden steeds sneller en korter worden aangeboden. Zo ontwikkelt het kind stap voor stap het vermogen om complexere auditieve informatie efficiënt te verwerken.

De training helpt kinderen om vaardigheden te versterken, wat een belangrijke basis vormt voor leesvaardigheid, fonologisch bewustzijn en het vermogen om op school goed te presteren.

Waarom is dichotisch luisteren belangrijk?
Problemen met dichotisch luisteren kunnen ertoe leiden dat een kind snel is afgeleid en moeite heeft om zich op een stem te concentreren in een omgeving met achtergrondgeluiden, zoals in de klas. Kinderen met een zwakke dichotische luistervaardigheid kunnen:

  • Moeite hebben om de aandacht bij de leerkracht te houden als er afleidende geluiden zijn.
  • Problemen ondervinden bij het volgen van instructies in een drukke omgeving.
  • Leerproblemen ervaren, bijvoorbeeld met lezen of het herkennen van klanken en woorden

    Daarnaast blijkt uit onderzoek dat er een verband is tussen zwakke dichotische luistervaardigheden en leesproblemen, evenals een hoge correlatie met taalontwikkelingsstoornissen (TOS).