Een ijsje kiezen? Makkelijk, toch? Nou, voor onze dochter Emma – hoogbegaafd en met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) – bleek dat elke keer een uitdaging. Terwijl haar zus zonder aarzelen ‘chocolade’ en ‘vanille’ koos, bleef Emma vaak bij het vertrouwde ‘wat Maud wil’. Achter dat ene zinnetje bleek een wereld van stress en keuze-dilemma’s te schuilen, waarin hoogbegaafdheid en TOS elkaar soms flink dwars zaten. Hoe we Emma leerden haar eigen smaak te kiezen (zowel bij ijs als daarbuiten), lees je hier.
Toen Emma nog klein was, stonden we nog aan het begin van onze zoektocht om haar echt te begrijpen. Al jong zagen we eigenschappen die soms tegenstrijdig leken. Ze was enorm lief, invoelend, empathisch en verzorgend maar kon thuis ineens vanuit het niets ontploffen in woede en ons dan letterlijk aanvliegen, vooral wanneer ze moeite had om haar gedachten onder woorden te brengen.
Emma, net als haar oudere zus, had van jongs af aan een sterke autonomie. Ze nam graag haar eigen beslissingen – een eigenschap die bij hoogbegaafde kinderen vaak voorkomt. Toch viel het ons op dat ze in bepaalde situaties juist géén keuze leek te kunnen maken en volgde wat Maud koos, zoals bij het kiezen van ijsjes in de ijssalon.
Dit viel ons op als iets dat niet paste bij Emma’s zelfstandige karakter.
Deze intense emoties leken soms uit het niets te komen, totaal niet te passen (vanaf de buitenkant) binnen de situatie en lieten ons (en de omgeving) soms in verwarring achter. Later leerden we dat dit niet ongebruikelijk is bij kinderen zoals Emma, die zowel hoogbegaafd zijn als een taalontwikkelingsstoornis (TOS) hebben.
Een bezoekje aan de ijssalon is daar een treffend voorbeeld van – een ogenschijnlijk eenvoudig, gezellig uitje dat voor Emma vol keuzestress zat. Toen ze nog klein was, kon ze niet lezen en moest ze dus afgaan op wat wij haar vertelden over de smaken. Zodra we aan de beurt waren, stonden we ineens voor een grote vitrine met misschien wel een vrolijke wirwar van kleuren, maar geen herkenbare smaken. In eerste instantie merkten we weinig bijzonders, maar al snel viel het ons op dat Emma vaak haar zus Mauds keuze volgde. “Doe maar wat Maud wil,” zei ze steeds vaker. Dit voelde vreemd voor ons, omdat we Emma juist kennen als een kind met een sterke eigen wil en voorkeur. Waarom koos ze hier ineens geen eigen smaak?
Achteraf werd het ons duidelijker: in deze situatie speelden haar hoogbegaafdheid en TOS elkaar parten. Emma voelde de (tijds)druk zodra we bij de ijssalon aan de beurt waren. Ze zag een lange rij mensen achter ons, de voor ons al geschepte ijsjes begonnen te smelten op de toonbank. Door haar snelle en scherpe observaties en analytisch denkvermogen, voelde ze die onzichtbare en eigen opgelegde druk om snel te kiezen, haar hoge eigen lat.
De opsomming van smaken die we voor haar noemden – “chocolade, aardbei, pistache, vanille…” – ging voor haar al snel te snel en maakten haar verward. Soms hoorde ze een smaak die haar lekker leek, maar was ze die alweer kwijt zodra een andere optie voorbijkwam.
De snelheid waarmee wij de smaken opnoemden om haar te helpen, gaf haar te weinig tijd om de informatie te verwerken. Ze hoorde het ene moment “chocolade” en het volgende “aardbei”, maar tegen de tijd dat we bij vanille kwamen, was ze de eerdere smaken alweer vergeten.
En die tijdsdruk – een hele rij wachtende mensen en de al smeltende ijsjes – maakte het voor haar nóg moeilijker om helder na te denken.
Haar problemen met auditieve verwerking van informatie, zwakkere werkgeheugen en woordvindingsproblematiek maakten het moeilijk om alles op te slaan en snel te beslissen. Daardoor greep ze naar de veiligste oplossing: “Doe maar wat Maud wil.” Voor haar voelde dit misschien als een reddingslijn in een verwarrende situatie, maar in werkelijkheid koos ze een smaak die eigenlijk niet helemaal van haar was.
Het gevolg was dat ze uiteindelijk soms, tijdens het gezellig samen een ijsje eten, nukkig kon reageren. Het leek voor ons en de omstanders soms ondankbaar – een reactie die voor anderen moeilijk te begrijpen is wanneer een kind iets lekkers heeft gekregen. Dit leidde regelmatig tot opmerkingen zoals “Het lijkt wel of je niet blij bent met je ijsje” of “Wat is dat meisje ondankbaar.”
Wat we nu beter begrijpen, is dat achter die blik geen ondankbaarheid zat, maar opgebouwde stress, teleurstelling en frustratie. Emma, die zo intens (be)leeft, sterk gevoel van rechtvaardigheid heeft en anderen graag tevreden wil houden, voelde zich vervolgens diep geraakt door zulke opmerkingen. Haar intense beleving zorgde ervoor dat ze zich het commentaar enorm aantrok, wat leidde tot een nog diepere interne strijd.
Voor kinderen zoals Emma, die zowel hoogbegaafd zijn als een TOS hebben, kan zo’n simpele situatie als een ijsje kiezen uitmonden in een ingewikkeld, beladen moment. Naast haar eigen teleurstelling over de smaak en de stress die voorafging aan de keuze, voelde ze nu ook schuld tegenover ons, de mensen die haar iets lekkers wilden geven. “Ben ik ondankbaar? Heb ik iets verkeerd gedaan?” Deze gedachten, gevoed door haar rechtvaardigheidsgevoel en scherpe zelfbewustzijn, zorgden ervoor dat het genieten van een ijsje soms een moment van innerlijke onrust en verdriet werd. Het is een pijnlijk voorbeeld van hoe hoogbegaafdheid en TOS elkaar kunnen versterken en een eenvoudige ervaring ingewikkeld maken.
In de jaren die volgden, hebben we Emma steeds meer tijd en ruimte gegeven bij dit soort keuzes, zodat ze écht haar eigen beslissing kon maken zonder zich opgejaagd te voelen. We namen bijvoorbeeld vooraf even de tijd om, vanuit de rij, al bij de smaken te kijken. Hoe ouder ze werd, hoe beter ze ook haar eigen voorkeuren ontwikkelde en wist in welke hoek ze het moest zoeken. Het zijn processen die tijd kosten.
Hoewel de situatie in de ijssalon zich nu niet meer zo voordoet, komen we in haar leven nog altijd momenten tegen waarin deze intense beleving, het gevoel van (zelf opgelegde) tijdsdruk en wisselwerking van gedachten en emoties weer opspelen. Doordat we inmiddels beter begrijpen wat er speelt, kunnen we Emma leren hoe ze hiermee om kan gaan en wat ze kan aangeven wanneer ze een situatie als stressvol ervaart en kunnen wij, waar nodig, andere keuzes maken in een situatie, waardoor een uitje of moment ook echt fijn en ontspannen voor iedereen wordt.
We zorgen ervoor dat alles rustig en overzichtelijk blijft, zodat ze een moment van ontspanning kan ervaren en écht kan genieten. Dit helpt haar niet alleen om haar keuzes met zelfvertrouwen te maken, maar geeft haar ook het vertrouwen dat ze écht gehoord en begrepen wordt.
Deze keuzes en begeleiding kun je alleen bieden als je weet wat er speelt. Als je begrijpt hoe de kenmerken van hoogbegaafdheid doorwerken in de uitdagingen van een TOS. In onze ervaring hebben deze inzichten Emma’s groei en geluk op bijzondere manieren ondersteund – en dat gun ik elk kind.
Met deze gedachte en mijn persoonlijke ervaring, vooral tijdens onze zoektocht naar passende informatie en begeleiding, heb ik gemerkt dat er weinig tot geen relevante informatie beschikbaar was over deze combinatie. Daarom heb ik ervoor gekozen om Youniq op te richten. Op deze manier wil ik bijdragen aan meer bekendheid en (h)erkenning rondom de specifieke combinatie van hoogbegaafdheid en TOS. Ik wil ouders, kinderen en professionals voorzien van de nodige kennis en begrip, zodat we samen meer kunnen betekenen voor deze groep kinderen. Met de juiste hulp en begeleiding kunnen ook zij in hun kracht staan!